De niet digitaal toegankelijke overheid: Waar gaat het mis?
Samenvatting: 60% van de overheidswebsites is niet toegankelijk. Dit komt door een gebrek aan kennis, ontoegankelijke content en slecht domeinbeheer. In dit artikel leer je wat de redenen zijn en hoe je het kunt voorkomen.
Ruim 60% van de websites en applicaties van de overheid is niet digitaal toegankelijk. Dit blijkt uit het overzicht op Dashboard Digitoegankelijkheid, een database met alle websites en applicaties van de Nederlandse overheid. Slechts 5% is wél digitaal toegankelijk. Waarom voldoen zoveel websites niet aan wettelijke verplichting en wanneer is een website toegankelijk?
Wat is digitale toegankelijkheid?
Digitale toegankelijkheid houdt in dat je websites, apps en digitale teksten zo maakt dat iedereen, ook mensen met een beperking, ze goed kunnen gebruiken en begrijpen.
Het is goed voor iedereen als websites en apps makkelijk te gebruiken zijn, niet alleen voor mensen met een beperking maar ook mensen met een letsel. Iemand kan na een operatie bijvoorbeeld tijdelijk moeite hebben met fijne motoriek, zoals het nauwkeurig aanraken van kleine knoppen op een touchscreen. Digitale toegankelijkheidopties zoals vergrote knoppen of het gebruik van alternatieve invoermethoden bieden een uitkomst.
Welke wet- en regelgeving is er rondom digitale toegankelijkheid?
Sinds 2008 moet de overheid zorgen dat haar websites en applicaties voor iedereen toegankelijk zijn. Op 1 juli 2018 werd dit vastgelegd in het ‘Tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheid’. Vanaf 2023 is het tijdelijk besluit onderdeel geworden van de Wet digitale overheid (Wdo). De overheid moet volgens deze wet richtlijnen van de Web Content Accessibility Guidelines (WCAG) volgen. Dit zijn richtlijnen die ervoor zorgen dat websites en apps goed te gebruiken zijn door iedereen, inclusief mensen met een beperking. Denk aan mensen die moeite hebben met zien, horen, of bewegen.
De WCAG schrijft voor hoe je een website (en de inhoud) zo kunt maken dat iedereen de informatie kan lezen, begrijpen en gebruiken. Er zijn 3 niveaus binnen de WCAG, die aangeven hoe toegankelijk jouw website is, namelijk: A, AA, en AAA. Niveau A vormt de absolute basis voor toegankelijkheid. Volgens de wetgeving moeten overheidswebsites voldoen aan niveau A en AA.
Daarnaast heeft de Nederlandse overheid een 'nalevingsstatus' gepubliceerd: de status A,B,C,D of E. Deze status wordt toegekend aan een website of applicatie op basis van een aantal voorwaarden, zoals de uitslag van een WCAG onderzoek en de aanwezigheid van een toegankelijkheidsverklaring. Je kunt meer over de statussen lezen in onze vorige blog.
Wanneer voldoe je aan de wet Digitale toegankelijkheid?
Je voldoet aan de wet als je een ‘WCAG-EM onderzoek’ hebt laten uitvoeren (niet ouder dan 3 jaar) en een toegankelijkheidsverklaring hebt gepubliceerd. In de toegankelijkheidsverklaring staan de resultaten en verbeterpunten uit het onderzoek. Deze verklaring moet je minstens éen keer per jaar updaten. Als je tussendoor iets verandert, dan moet je de verklaring aanpassen. Je begint dan met status B of C. Je voldoet dan wel aan de wet maar je hebt geen toegankelijke website. De voorwaarde is dan dat je jouw website of applicaties moet verbeteren
Voldoe je aan alle 50 succescriteria van de WCAG (op niveau A en AA), dan heb je een toegankelijke website of applicatie en krijg je status A.
Wanneer voldoe je niet aan de wet Digitale toegankelijkheid?
Je bent niet toegankelijk als de website of applicatie status D of E heeft; in beide gevallen voldoe je niet aan de wettelijke verplichting. Je kunt beginnen met het publiceren van een toegankelijkheidsverklaring en het inplannen van een goed WCAG-EM onderzoek. Je krijgt dan status C en voldoet aan de minimale wettelijke verplichting, maar dan heb je nog geen toegankelijke website.
Waarom zijn zoveel overheidswebsites niet toegankelijk?
Er zijn verschillende redenen waarom overheidswebsites soms niet digitaal toegankelijk zijn. De redenen kunnen zowel intern (binnen jouw organisatie), als extern (bij jouw leverancier) zijn.
-
Gebrek aan bewustzijn Digitale toegankelijkheid is een teaminspanning. Het is belangrijk dat iedereen die betrokken is bij het ontwerpen, ontwikkelen en onderhouden van je digitale diensten begrijpt hoe ze toegankelijke content kunnen creëren. Dit betekent dat medewerkers in elke laag van de organisatie het belang van toegankelijkheid inziet, van manager tot medewerker.
-
Niet toegankelijke software Volgens een artikel op Digitale overheid gebruiken 120 gemeenten software (zoals webformulieren) van een leverancier die niet voldoet aan de toegankelijkheidseisen. Hoewel dit aantal laag lijkt, betreft dit 35% van alle gemeenten in Nederland. Als overheid moet digitale toegankelijkheid een eis zijn bij de aanschaf van nieuwe software.
-
Gebrek aan regelmatige evaluatie Websites veranderen voortdurend, maar worden niet regelmatig getest op toegankelijkheid. Na een update kunnen bijvoorbeeld sommige functies minder goed werken. Zo kunnen nieuwe interactieve elementen zijn geïmplementeerd zoals sliders of drag -and-drop-functies. Of er zijn onbewust hulpmiddelen verwijderd zoals skip-links waarmee je makkelijk door de inhoud navigeert.
-
Wildgroei aan websites en applicaties. Overheden hebben geen tekort aan ideeën of campagnes. Elk idee of initiatief lijkt wel een website te hebben. Omdat er telkens websites bijkomen ontstaat er wildgroei. Het gevolg van deze wildgroei is dat internetdomeinen uit het zicht raken. Ze bestaan nog wel, maar worden niet volgens de hedendaagse standaard onderhouden. Als gevolg voldoen ze niet meer aan de veiligheidseisen, de kwaliteit en toegankelijkheidseisen
Overheidswebsites en de Archiefwet
Als een website niet langer functioneert of in gebruik is, dan kun je de website offline halen of vervangen. Het offline halen van een overheidswebsite zonder de juiste procedures kan in strijd zijn met de Archiefwet.
Dit is omdat overheidsinformatie, inclusief digitale content op websites, van publiek belang is. De Archiefwet zorgt ervoor dat deze informatie bewaard blijft voor toekomstige generaties, beschikbaar is voor het publiek en dat je het kunt gebruiken voor onderzoek.
Voordat een website offline gehaald wordt, moet er gezorgd worden dat alle informatie die onder de Archiefwet valt, op een juiste manier wordt gearchiveerd en toegankelijk blijft voor het publiek.
Wil je weten hoe je omgaat met websites en applicaties die niet meer in gebruik zijn? De Rijksoverheid heeft hiervoor een handreiking gepubliceerd samen met een stappenplan.
Neem dan contact op met Frank van den Hul en ontdek hoe wij jouw organisatie kunnen helpen.
Atabix als kennispartner voor de overheid
Het belangrijkste onderdeel van een succesvol ICT-project is het selecteren van de juiste partner. Kies voor een partner die niet alleen met ideeën komt, maar ook aangeeft hoe je het project operationeel maakt.
Atabix heeft meer dan 30 jaar ervaring als softwareleverancier en kennispartner voor de overheid. Met Atabix Zaakgericht Werken bieden we een totaaloplossing waarbij het Atabix Zaaksysteem de ruggengraat vormt waaraan diverse applicaties zijn gekoppeld.
Zo maak je gebruik van één of meerdere gestandaardiseerde producten die naadloos op elkaar aansluiten. Denk aan Atabix Mijn Portaal en Atabix Formulieren. Deze zijn eenvoudig te koppelen aan het Atabix Zaaksysteem. Op deze manier handelt jouw overheidsorganisatie efficiënt en gestructureerd individuele zaken af.