In Nederland hebben 4,5 miljoen mensen een beperking. Voor deze mensen is het belangrijk dat de websites en apps van de overheid toegankelijk zijn. Voor de overheid is het sinds 2018 verplicht om websites en apps toegankelijk te maken; dit is opgenomen in het Besluit digitale toegankelijkheid overheid (onderdeel van de Wet digitale overheid). Maar wat is digitale toegankelijkheid en hoe word je digitaal toegankelijk? Je leest het in onze serie over de WCAG en digitale toegankelijkheid. In dit eerste artikel leggen wij uit wat digitale toegankelijkheid is en wat de WCAG zijn.
Digitale toegankelijkheid, ook wel digitoegankelijkheid genoemd, betekent dat websites, apps, en andere digitale middelen zo zijn ontworpen dat ze voor iedereen begrijpelijk en bruikbaar zijn. Inclusief voor mensen met visuele, auditieve, motorische, of cognitieve beperkingen.
Gebruikers met een visuele beperking hebben bijvoorbeeld meer contrast nodig op een website of zij moeten tekst tot 400% kunnen vergroten. Gebruikers met een motorische beperking moeten op een website alleen met een toetsenbord of muis kunnen navigeren.
Digitale toegankelijkheid zorgt ervoor dat iedereen gelijke kansen heeft om online informatie te verkrijgen, diensten te gebruiken, en mee te doen in de digitale samenleving. Het helpt om uitsluiting te voorkomen en maakt de overheid voor iedereen toegankelijk en bruikbaar.
In de wereld van digitale toegankelijkheid is WCAG een term die je vaak zult tegenkomen. WCAG staat voor Web Content Accessibility Guidelines. Op 5 oktober 2023 is WCAG 2.2 gepubliceerd.
De WCAG 2.2 bestaat uit 3 lagen: 4 principes, 13 richtlijnen en 86 succescriteria die de standaard zetten voor het creƫren van online inhoud die voor iedereen toegankelijk is. Hieronder leggen wij meer uit over de opbouw van de WCAG:
De principes kun je zien als de kernwaarden van de WCAG waarop de rest betrekking heeft.
De onderstaande principes vormen de basis voor digitaal toegankelijke applicaties en websites.
Om de principes overzichtelijker te maken zijn ze verdeeld in 13 richtlijnen. De richtlijnen vormen de hoofddoelen die je moet nastreven om content toegankelijk te maken. De richtlijnen bestaan uit:
De succescriteria zijn de meetbare eisen waar een website of applicatie aan moet voldoen. Enkele voorbeelden zijn:
De Nederlandse overheid heeft een nalevingsstatus (vanaf nu noemen we dit: 'status') gepubliceerd die is gebaseerd op de WCAG. Je krijgt de status nadat jouw website of app een WCAG audit heeft ondergaan. Een website of app kan status A, B, C, D of E krijgen.
Met status A, B en C voldoet je organisatie aan de wet. Status C behaal je al wanneer je een toegankelijkheidsverklaring hebt gepubliceerd en een audit hebt uitgevoerd van maximaal 3 jaar oud. Als je aan minder dan 55 succescriteria voldoet bij de audit, behaal je status B. Als je aan alle 55 de toetsingscriteria voldoet, behaal je de A-status. De voorwaarde bij label B en C is wel dat je aantoonbaar maakt in je toegankelijkheidsverklaringen dat je toewerkt naar status A.
Wanneer je website wel een toegankelijkheidsverklaring heeft, maar niet aan de eisen voldoet en geen onderzoek binnen 6 maanden heeft gepland, dan krijg je status D. Je voldoet dan niet aan de wet. Bij status E is er geen verklaring beschikbaar en daarmee voldoe je ook niet aan de wet.
Overheidsorganisaties moeten ervoor zorgen dat hun websites en apps voor iedereen bruikbaar zijn. Met een toegankelijkheidsverklaring moeten ze openbaar maken hoe toegankelijk een website of app is.
Het Besluit digitale toegankelijkheid overheid geldt voor alle overheidsorganisaties. Hieronder vallen staats-, regionale en lokale overheidsinstanties, publiekrechtelijke instellingen en bepaalde samenwerkingsverbanden.
Het doel van dit besluit is om de digitale diensten en informatie van de overheid voor iedereen bruikbaar te maken.
Hoewel de wet al bijna 5 jaar actief is, lopen veel overheidswebsites en -applicaties achter. Volgens het dashboard digitoegankelijkheid telt de Nederlandse overheid minimaal 9873 websites en apps, waarvan slechts 455 (4,6%) voldoen aan alle toegankelijkheidseisen. 36,5% voldoet aan de wettelijke verplichting. Dit betekent dat een groot deel niet toegankelijk is voor mensen met een beperking.